Voor het uitbaten van een dienst voor individueel bezoldigd personenvervoer heeft u een vergunning nodig. Met zon dienst bedoelen we een bezoldigde vervoersdienst van personen door een voertuig met bestuurder. Dat is dus niet hetzelfde als geregeld vervoer: bij een dienst individueel bezoldigd personenvervoer bepalen de klanten de bestemming. Er zijn geen vaste trajecten en er zijn geen vaste haltes zoals dat bij geregeld vervoer wel het geval is.
Voertuigen die opgenomen zijn in vergunningen die afgeleverd worden na 1 januari 2020 kunnen op verschillende manieren ter beschikking gesteld worden van het publiek:
- straattaxi: het voertuig wordt ter beschikking gesteld van het publiek op de openbare weg of op niet voor het openbaar verkeer opengestelde plaatsen waarover de exploitant beschikt.
- standplaatstaxi: het voertuig wordt ter beschikking gesteld van het publiek op een standplaats op de openbare weg die voorbehouden is voor diensten voor individueel bezoldigd personenvervoer.
- ceremonievervoer: het voertuig wordt ter beschikking gesteld van het publiek voor ceremonies op basis van een schriftelijke overeenkomst.
- Openbaar Vervoer-taxi: het voertuig wordt ter beschikking gesteld van het publiek via de Mobiliteitscentrale in het kader van collectief aangeboden openbaar personenvervoer, waarbij wordt ingespeeld op specifieke individuele mobiliteitsvragen van personen.
De vergunning is geldig op het grondgebied van het hele Vlaamse Gewest en ze wordt in principe afgeleverd voor 5 jaar. Een bestaande vergunning kan gewijzigd worden en is hernieuwbaar.
Voorwaarden?
Een dienst voor individueel bezoldigd personenvervoer moet aan een aantal voorwaarden voldoen, dit zowel om de vergunning te kunnen verkrijgen als na de aflevering van de vergunning:
- De dienst moet minstens over 1 voertuig beschikken.
- Het voertuig is qua constructie en uitrusting geschikt voor het vervoer van maximaal 9 personen, de bestuurder inbegrepen.
- Het voertuig is verzekerd en technisch gekeurd.
- Het voertuig wordt ter beschikking gesteld op een bepaalde standplaats op de openbare weg of op een plek waarover de exploitant beschikt.
- Het voertuig wordt in zijn geheel of per zitplaats ingezet.
- Het voertuig is voorzien van vergunningskaarten die afgeleverd worden door de gemeente.
- Het voertuig heeft specifieke nummerplaten.
- Het voertuig voldoet aan de wettelijk bepaalde minimale eco-scores.
- De klant bepaalt de bestemming.
- De bestuurder van het voertuig beschikt over een bestuurderspas.
Aan de persoon waaraan de vergunning verleend wordt, zijn een aantal eisen verbonden:
- De vergunning wordt slechts afgegeven aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon die eigenaar is van de voertuigen, er beschikking over heeft door een contract van aankoop op afbetaling of door een leasingovereenkomst.
- De vergunning is persoonlijk en onoverdraagbaar.
- Per exploitant wordt maar 1 vergunning afgeleverd, met vermelding van het aantal voertuigen.
- De exploitant bewijst dat hij voldoet aan de voorwaarden over de zedelijkheid, de beroepsbekwaamheid en de solvabiliteit.
- Jaarlijks binnen de 3 maanden na de verjaring van de uitreiking van de vergunning bezorgt de exploitant spontaan een uittreksel uit het strafregister model 596.1-27 aan de bevoegde gemeentediensten.
Hoe aanvragen?
Exploitanten en kandidaat-exploitanten moeten hun vergunning elektronisch aanvragen en wijzigingen elektronisch melden via de Centaurus 2020 databank van de Vlaamse overheid. Bij de aanvraag moeten volgende documenten gevoegd worden:
- een kopie van de identiteitskaart van de exploitant. Als de exploitant een rechtspersoon is, voegt men een kopie toe van de identiteitskaarten van alle zaakvoeders of bestuurders die belast zijn met het dagelijks beheer.
- een uittreksel uit het strafregister, model 596.1-27, dat minder dan drie maanden oud is. Als de exploitant een rechtspersoon is, voegt men een uittreksel toe van alle zaakvoerders of bestuurders die belast zijn met het dagelijkse beheer.
- een bewijs dat de exploitant beschikt over een minimale kennis van het Nederlands op het niveau B1 van het Europees Referentiekader voor Talen. Daarvoor volstaat een taaltest, een bewijs van inschrijving in een taalcursus van minstens niveau B1, of een diploma of getuigschrift Nederlandstalig secundair onderwijs of volwassenenonderwijs. Als de exploitant een rechtspersoon is, voegt u bij dit formulier een getuigschrift van alle zaakvoerders of bestuurders die belast zijn met het dagelijkse beheer.
- een document waaruit blijkt dat de exploitant in orde is met de sociale lasten (zelfstandige en/of RSZ).
- een attest waaruit blijkt dat de exploitant over de voertuigen mag beschikken (aankoop-, huurkoop, huurfinanciering- of bestelbonnen).
- kopieën van de verzekeringsbewijzen (groene of witte kaarten) van elk voertuig.
- kopieën van de verzekeringspolissen van elk voertuig.
- kopieën van de technische keuring, het eenvormigheidsattest, het inschrijvingsbewijs (roze kaart) van elk voertuig.
- de originele exemplaren van de dienststaat en het vervoerbewijs van een testrit van elk voertuig wanneer het ingezet wordt als standplaatstaxi.
Het college van burgemeester en schepenen controleert of aan de voorwaarden is voldaan. Als dat het geval is, wordt de vergunning afgeleverd binnen een termijn van 45 dagen na de volledig verklaring van het aanvraagdossier. Wordt uw aanvraag geweigerd? Dan bezorgen we u de motivatie hiervoor.
Kostprijs?
Voor een uitgereikte vergunning betaalt u ieder jaar een retributie. Het basisbedrag bedraagt 350 euro per jaar per in de vergunning vermeld voertuig. Voor zero-emissie voertuigen heeft de Vlaamse Regering dit basisbedrag vastgelegd op minimaal 250 euro. Het bedrag wordt aangepast volgens de schommelingen van het indexcijfer van de consumptieprijzen. Hieronder vindt u een gedetailleerd overzicht van de verschillende tarieven:
- Tot 1 januari 2030: 250 euro voor zero-emissievoertuigen;
- Tot 1 januari 2025: 250 euro voor voertuigen met een ecoscore
- van minstens 74 voor voertuigen met vijf zitplaatsen, van minstens 71 voor voertuigen met meer dan vijf zitplaatsen; en
- van minstens 61 voor voertuigen met meer dan vijf zitplaatsen die voldoen aan de definitie van een minibus;
- 350 euro voor alle andere voertuigen.
Het bedrag is ten laste van de natuurlijke persoon of rechtspersoon die houder is van de vergunning. De vergunninghouder dient de jaarlijkse retributie de eerste keer te betalen wanneer de vergunning wordt afgeleverd en nadien telkens op 1 januari van het kalenderjaar, onafhankelijk van het moment waarop de vergunning werd afgegeven. Het aantal voertuigen verminderen of de exploitatie met een of meer voertuigen opschorten, is geen geldige reden om de retributie terug te vorderen.